bloemetjes

Ondanks het mooie weer heb ik niet de vrolijkste week in mijn bestaan en op het balkon gaan zitten hielp ook al niet: er stonden twee bakken gevuld met oude, kruimelige aarde en onkruid die mijn gemoedstoestand leken te verbeelden.

Ik naar het tuincentrum voor bloemetjes: paarse, rode, oranje, gele, plus twee zakken tuinaarde. Een gigantische winkel en ik was de enige bezoeker. Als spoken in het Pacman-spel schuifelde het personeel zwijgend door de gangpaden.

Terug op het balkon de bakken ververst, de bloemetjes geplant. Ik moest denken aan toen ik vijfendertig jaar geleden bij wijze van vakantiewerk bij de plantsoenendienst in Nijmegen werkte en midden op het Keizer Karelplein net zulke bloemetjes moest planten. Vaak zei de teamleider, terwijl ik de aarde rond de wortels aandrukte: “Niet zo hard aandrukken.” Gisteren zei hij het weer, bij wijze van echo uit het verleden, en ik deed het niet te hard. Ik deed het zo zacht als ik kon.

Vorige
Vorige

strepen

Volgende
Volgende

liedjes uit de rigolettohof 2