walging
Ik walg van mensen die hun decorum zijn verloren. Die als lama’s op straat kwatten of terwijl ze pal achter me lopen de eerste letter van het alfabet boeren (of was het een ‘o’?). Mensen die met de top van hun pink in hun oor draaien en dan checken of er smeer meekomt.
Vanochtend vroeg ging iemand net toen we elkaar passeerden enorm gapen. Niet een beetje, die hele muil moest wagenwijd open. Hij leek wel een nijlpaard, ik had zin om een krop andijvie in het gat te gooien.
Schaamteloos, meende ik, je kunt toch op zijn minst je hand voor je mond houden. Maar een minuut later moest ik zelf gapen en deed ik precies dat wat de man van wie ik walgde had voorgedaan.