boksen
Ik krijg tegenwoordig psychomotorische therapie. In plaats van dat ik word doorgezaagd over wat er vroeger is gebeurd en wat voor impact dat heeft in het heden, gaan we boksen. De therapeut houdt twee stootkussens de lucht in en die moet ik zo hard mogelijk raken.
Laatst hield hij ze steeds dichter bij zijn gezicht en zag hij dat ik aarzelde. ‘Waar ben je bang voor?’ vroeg hij. ‘Dat ik je per ongeluk op je bek sla,’ antwoordde ik.
‘En wat gebeurt er dan?’ vroeg hij. ‘Dan heb ik het niet goed gedaan,’ antwoordde ik. Waarna ik geen woord meer kon uitbrengen, omdat falen voor mij geen optie is. Dat heb ik dan gemeen met de dictators en autocraten van deze wereld.