braaaaand

Ik had ergens geluncht en kreeg de dag daarna een mailtje: ‘Hoeveel sterren zou je geven aan onze dienstverlening?’ Vijf als het lekker was geweest, dacht ik.

Maar ik had alles binnen kunnen houden, dus vooruit twee sterren. Het hadden er drie kunnen zijn als ik mijn tafelgenoot had kunnen verstaan. In plaats daarvan werd ik voortdurend geplet door de wall of sound van het totaal aan stemgeluid om mij heen.

Iedereen leek het te verdragen. Niemand riep ‘braaaaand!’ zodat de zaak leeg zou lopen. Niemand deed zijn vingers in zijn oren. Ik ook niet, ik kwam tot een compromis: één oorschelp dubbelvouwen en daarna mijn wijsvinger erop houden opdat de mossel niet weer openklapte.

Dat hielp niet, waarna plan b in werking trad: een verontschuldiging prevelen, weglopen.

Vorige
Vorige

massagraf

Volgende
Volgende

muurtje