corrie en gorki
Storm Corrie raast over Nederland en ik denk aan hoe ik eind jaren negentig net vader was geworden en bang was dat ik niet meer aan schrijven zou toekomen en door mijn toenmalige echtgenote op een weekendje Hotel van der Werff op Schiermonnikoog werd getrakteerd. Dat weekend waaide het ook zo hard, de boot na mij werd geannuleerd. Met een paar Duvels achter de kiezen maakte ik een strandwandeling en ging midden op het strand op mijn rug liggen als in een windtunnel. Na een poosje voelde ik de neus van een schoen in mijn zij en opende ik mijn ogen om in die van een jutter te kijken, die wilde checken of ik nog leefde. ‘Alles Gut?’ vroeg hij, er blijkbaar van overtuigd dat ik een Duitser was. Ik ook gewoon in het Duits bevestigen.
Storm Corrie raast over Nederland en ik denk aan een zondagmiddag ergens eind jaren zeventig, waarop het ook zo stormde, en ik met mijn vader, mijn moeder, mijn broer en mijn zus de auto instapte om vanuit Alphen aan den Rijn naar Hoek van Holland te rijden, om daar tegen de wind in te lopen en naar de grote schepen te kijken, die ondanks de omstandigheden gewoon uitvoeren. Ik dacht aan de bemanning, die waarschijnlijk geen krimp gaf, wel ergere dingen had meegemaakt. Negen was ik, hield mijn handen voor mijn ogen vanwege het zand en genoot van het uitstapje. Ik zag net zo lang op tegen het moment dat het voorbij zou zijn tot het voorbij was.
Storm Corrie raast over Nederland en ik denk aan de uitzending van het radioprogramma Oeverloos, gisteren op KINK FM, waar ik te gast was bij Leon Verdonschot. Ik sprak over mijn roman Rigolettohof; over hoe mijn broer, mijn zus en ik niets hadden meegekregen van onze ouders, maar nu wel iets probeerden mee te geven aan onze kinderen. In reactie daarop draaide Verdonschot een plaat van de Belgische wereldband Gorki: “Wie zal er voor de kinderen zorgen?/Wie smeedt voor hen het plan van morgen?” Vroeger zou ik op die vraag geen antwoord hebben geweten, nu wel.