dat beloof ik
Gisteren vierden we in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam het verschijnen van de nieuwe roman van Roxane van Iperen: Dat beloof ik. Het gaat over de 12-jarige M. die opgroeit in een gezin vol chaos en geweld. Ze leeft “in een wereld die niet bestond, die niemand zag, zelfs de mensen die erbij waren niet”.
De vraag is of je bestaat als niemand getuige van je leven is. Het motto in Dat beloof ik is van de Britse schrijver en dichter Lemn Sissay. In zijn roman My name is why trekt een minderjarige zoon van een Ethiopische moeder van adoptiegezin naar woongemeenschap om uiteindelijk in het beruchte Wood End Assessment Centre terecht te komen.
De mensen die voor hem zouden moeten zorgen, doen het tegenovergestelde. Dat resulteert in trauma, vaak toegebracht door mensen die zelf ook al getraumatiseerd waren. “Hurt people hurt people,” aldus Sissay.
Als M. in Dat beloof ik naast haar broertje achterin de auto zit en het gezin maar weer eens op zoek gaat naar een volgende (tijdelijke) verblijfplaats, vraagt ze zichzelf elke keer als ze door een dorpje rijden af “hoe het zou zijn om daar te wonen, te leven”. Ik deed dat als kind ook altijd en doe dat nu nog steeds. Elke dag denk ik wel aan hoe het zou zijn om het leven van iemand anders te leiden, in plaats van mijn eigen. Ook ik ben in onveilige omstandigheden opgegroeid en nu ben ik veilig, maar dat wil nog niet zeggen dat ik die veiligheid ook vertrouw.