groeten
Als ik hardloop groet ik de mij tegemoetkomende lopers. Sommigen reageren niet, wat een aso-beren, maar wat ook kan is dat ze oortjes in hebben en niets horen. Of dat ze in een trance verkeren, nergens meer aan denken. Ergens anders zijn, zo je wilt op cloud nine.
Sommigen knikken of steken ook hun hand op. De een verheft ‘m helemaal, dat je denkt dat ie gaat salueren, de ander strekt alleen even de vingers. Soms zegt iemand ook nog hai of hey, of zelfs het vierlettergreperige goedemorgen, wat allemaal niet hoeft, want het verstoort je ademhaling, maar het is ook wel weer gezellig en de ander is in ieder geval geen aso-beer.
Soms wijs ik bij wijze van begroeting iemand echt zo aan met mijn wijsvinger en dan begint de ander een beetje te glimmen, alsof hij is uitverkoren. Ik zie hem, en hij ziet dat ik hem zie. Dat samen noem ik: verbondenheid.