het anti bij de angst

Onderstaand gedicht is van Babeth Fonchie Fotchind en komt uit de bundel Plooi:

verzamelde goedbedoelde adviezen no 2

wie je bent is niet wat je aanhebt of wat fonkelt
het is je ziel die je definieert

adem (geef het een kans)
bedenk: een alternatief is altijd
om antiangstpillen te nemen
ook al verafschuw je de medicalisering van de moeilijkheden van het leven

vraag jezelf af hoeveel je kunt veranderen en toch dezelfde kunt blijven


Ik ben geen fan van het gebruik van het woord ‘ziel’ in een gedicht, al is de personificatie wel interessant: je wordt gedefinieerd door je ziel, maar bént haar ook.

Goed vind ik de beslissing om geen koppelteken te plaatsen in het woord ‘antiangstpillen’: je zou het gebruiken om een onderscheidend visueel effect te sorteren, maar de dichter wil dat hier helemaal niet. Waarom zou je alles onderscheiden, waarom moet elk woord in een gedicht meteen duidelijk zijn?

Bovendien hoort het ‘anti’ bij de ‘angst’, medicaliseren máákt ook angstig. Je stopt niet met vrezen voor een insluiper in je huis als je ‘m niet meer ziet. Zo is het ook met duistere gedachtes: als je ze onderdrukt zijn ze niet weg, ze zijn alleen niet hier.

Vorige
Vorige

tijd

Volgende
Volgende

mute