hoekvormige sofa

we liggen naast elkaar in de hoekvormige sofa
ik kan de juiste houding niet vinden
jouw arm duwt in mijn rug
mijn nek zoekt voorzichtig de verdwaalde kussens op
je borst gaat langzaam op en neer
en die herhaalde beweging wiegt me in een trance
alsof ik hallucineer

Met deze regels begint het gedicht ‘Ongeremd’ van Esohe Weyden, spokenworddichter en campusdichter van de Universiteit Antwerpen. Lees haar debuutbundel, getiteld: Tussentaal.

Ik herken het zoeken naar comfort op een hoekvormige sofa, zelfs zonder de romp en ledematen van een ander in mijn nabijheid. Ook mijn bed verandert bij momenten van een rustplaats in een plek vol vlooien. Dan heb ik overal kriebel, maar knip ik het licht aan dan zijn er nergens beestjes.

Soms is mijn bed een spijkerbed. Doen de puntjes zo’n zeer, moet ik eruit. Zit ik alleen in het aardedonker op mijn balkon. Hoor ik het regelmatige zuchten uit de slaapkamerramen van mijn buren. Luister ik ernaar, hoe het zuchten zich herhaalt. Val ik bijna, maar net niet zelf in slaap.

Vorige
Vorige

louis

Volgende
Volgende

groen als gras