langskomen

Soms vraagt iemand of ik langskom. Dat neem ik natuurlijk weer letterlijk: ik zie voor me hoe ik met gezwinde spoed langs iemands voordeur loop en weer naar huis. Maar met langskomen wordt natuurlijk bedoeld: binnenkomen.

‘Goed je te zien’ roepen. De ander op de schouder slaan. Je de hand van de ander op jouw schouder laten welgevallen. ‘Lekker’ antwoorden als iemand vraagt of je koffie wilt. ‘Lekker’ antwoorden als iemand vraagt of je er een stroopwafel bij wilt. ‘Lekker’ antwoorden als iemand vraagt of je nóg een kopje koffie wilt.

‘Wat naar’ zeggen als de ander vertelt over zijn rugproblemen. Herinneringen ophalen aan je eigen rugproblemen, zo- en zoveel jaar geleden. Bezweren dat het heel vervelend is, maar ook weer voorbijgaat. Waarop de ander ja knikt: ja, het gaat weer voorbij.

Naar de wc gaan en op de verjaardagskalender zien dat je er niet op staat. Vergeefs naar een pen in je binnenzak grijpen.

Vorige
Vorige

wat iemand zegt die zwijgt

Volgende
Volgende

herhalingen