nul

Ik verlang er soms zo naar dat er van de som des levens iets wordt afgetrokken, maar er wordt alleen maar iets bij opgeteld.

Ik zou willen dat er wat minder van mij wordt verwacht, maar weet: eigenlijk moet er een tandje bij. Dat weet ik, en overal zoek ik naar dat extra tandje.

Zo is het wel genoeg, denk ik vaak, waarna het wordt gelogenstraft. Op mijn zo-kan-ie-wel-weer volgt altijd weer: méér. Als ik hè, hè, eindelijk rust… verzucht, is dat waar ik op hoop, niet wat ik heb.

Ieder leven heeft een eindpunt. Wat geen eindpunt heeft is geen leven, maar een ding. Ik hoop dat ik ver voor mijn eindpunt al in enige mate pas op de plaats kan maken.

Even stoppen, bedenken waar ik mee bezig ben, van voren weer weten dat ik van achteren leef. En dan niet meteen weer met piepende banden optrekken, maar slechts één getal bij de som des levens optellen. Nul. Nul. Nul. Nul.

Vorige
Vorige

NUL (2)

Volgende
Volgende

demotie