op de sofa
In het onlangs verschenen boek Op de sofa - essays over therapie en het leven staat een hoogst lezenswaardig stuk van mijn manager Oscar van Gelderen. Het gaat over schaamte en het wezenlijke van psychotherapie. Citaat: “Wie rockbottom gaat (..) moet als een torpedo op het doel af om te genezen, te helen, te integreren en vooral: te accepteren.”
Ik hou van die metafoor: de hittezoekende bom die je op jezelf afschiet, explosies die eindelijk lucht geven. Je heelt door gaten te schieten in je bastion van ontkenning en vervolgens ga je de boel niet lijmen, maar aanvaard je de scherven.
Van Gelderen haalt psychiater Donald Winnicott aan: “It’s a joy to be hidden, but a disaster not to be found.” Mijn variant daarop is: “...but a disaster when nobody starts looking for you”. Want ik herinner me nog haarscherp hoe ik me als achtjarige onzichtbaar voelde. Mijn moeder had visite en ik wilde dat ze niet luisterde naar de verhalen van de aangeschoten achterbuurvrouw, maar naar die van mij. Daarom ging ik op zolder achter een schot liggen, wachtend tot ik als vermist zou worden geregistreerd. Uren later was nog niemand me komen zoeken en toen ik met kleren vol stof als een mijnwerker weer naar beneden was gekomen, was het enige wat mijn moeder zei: “Ah, daar ben je. We gaan eten.”