joey
Ik woon op de begane grond en toch heeft mijn appartement een balkon. Je kunt er geen andere naam aan geven, een veranda is het beslist niet. Het is een balkon, alleen dan op de grond.
Mijn balkon is zo gelegen dat er hoogst zelden iemand langsloopt, maar gisteren in de nasleep van Koningsdag was het dan toch raak. Een groep jongeren vloekte en kankerde dat het een lieve lust was. Ik lag net een serie over een koelbloedige huurmoordenaar te kijken en stapte derhalve ijzig kalm mijn balkon op, waarna zich de volgende dialoog ontspon.
- “Oké mannen, wat is er aan de hand?”
- “Niks.”
- “Waarom lopen jullie zo te schreeuwen?”
- “Joey is dronken. We zijn zo weer weg.”
- ”Ja oké, maar ik heb geen zin in al dat geschreeuw, daar wordt mijn hond leip van.”
Dat was waar: vanwege alle onrust was Nina aan de andere kant van de balkondeur ook aan het vloeken en kankeren dat het een lieve lust was, alleen dan in hondentaal.
Joey werd door zijn vrienden als een drenkeling aan zijn armen omhoog getrokken. Hoewel hij eruitzag als een volbloed Waterlander, wist hij er in onvervalst Papiaments nog uit te gooien dat hij echt heel erg panchi was.