kantoortuin
Ik heb achttien jaar lang in het bedrijfsleven gewerkt. Mijn bureau stond in een kantoortuin, plantenbakken boden een organische aanblik. Geen scheidingswanden, ik voelde me als een antilope in het laagveld.
Soms kon ik in de stilteruimte zitten, die had een deur die dicht kon. Als iemand me nodig had klopte hij aan, de eerste keer ging een milliseconde later de deur al open. Dat ben ik meteen heel groot gaan maken, dat dat anders moest. Je klopt aan en wacht tot ik “binnen” roep.
Een keer pakte iemand een pen van mijn bureau en vroeg: “Mag ik misschien héél even je pen gebruiken?” Ook dat maakte ik meteen heel groot. Het ging me niet om de pen, die was van Bic en we hadden er honderden. Het ging me erom dat je niet moet vragen of iets mag als je het al doet.