laklucht
Bij mij in de straat staat een auto met zeker dertig van die geurboompjes aan de binnenspiegel gebonden. Het kan zijn dat de eigenaar ze allemaal tegelijk heeft opgehangen en eens in de zes weken ververst: in dat geval houdt hij van extreme frisheid. Wat ook kan en zelfs waarschijnlijker is, is dat hij steeds een nieuwe toevoegt, maar geen aandrang voelt om de oude weg te halen.
Als Marcel Proust op vakantie in Combray relatief vroeg naar bed moest, rook hij op de trap naar boven een laklucht (“l'odeur de vernis particulière à cet escalier”) die hij de rest van zijn leven zou blijven associëren met het verlangen naar moeder en een fundamenteel gevoel van eenzaamheid.
Had daar in het trappenhuis, net als aan de binnenspiegel van de auto bij mij in de straat, een bos Arbres Magiques gehangen, dan zou het fundamentele gevoel van eenzaamheid niet zijn opgewekt door een laklucht, maar door een geursensatie genaamd ‘Black Pine’, ‘Green Forest’ of ‘Brezza di Mykonos’.