muizen
Ooit woonde ik in een kraakpand. Ik sliep op de grond, ’s nachts renden de muizen over mijn slaapzak. Niet fijn, maar ik was blij dat ze renden.
Vannacht droomde ik dat mijn kamer in dat kraakpand nooit leeggemaakt was. Ik was er weer en liep er rond. Op de grond lag mijn matje, in bananendozen het beetje kleding dat ik had. Aan de muur een poster van Morrissey met de tekst: “I was happy in the haze of a drunken hour/but heaven knows I'm miserable now.”
Tegenwoordig slaap ik niet op de grond maar in een bed en hangt mijn kleding in een kast; toch vond ik het niet onprettig om terug in dat kraakpand te zijn. Want als ik de deur van mijn kamer achter me dichtdeed, was er niets. Sowieso geen gezelschap, maar het was begin jaren negentig, dus ook geen internet en geen mobieltjes. Geen likes, geen volgverzoeken, geen trending topics. Alleen muizen, voor wie ik bang was tot ik ze een naam gaf.