op is op
Na de Black Friday-week, die in sommige winkels acht dagen duurde, is het vandaag Black Friday. Al zijn er ondernemers die roepen: ‘Bij ons duurt Black Friday tot en met maandag.’
‘Op is op,’ hoor ik steeds: een redenering waar geen speld tussen is te krijgen. Eerst is iets er in ruime mate. Dan ‘gaat het hard’. Vervolgens is iets ‘bijna op’. Ten slotte ‘op’. En dan is het ook echt op. Want op is op.
Ik herinner me dat ergens begin jaren tachtig in winkelcentrum de Ridderhof in Alphen aan den Rijn (waarnaast ik opgroeide) een nieuwe witgoedzaak werd geopend. Ballonnen, serpentines, een bedrijfsleider die door een megafoon het toegestroomde publiek toeriep dat hij een wasmachine cadeau deed aan de eerste persoon die hem een appel en een ei zou overhandigen.
Ik naar huis sprinten, waar ik mijn armlastige moeder vaak had horen verzuchten dat het een ramp zou zijn als onze oude wasmachine ermee op zou houden. ‘Heb… je… voor mij… een appel… en een ei…’ hijgde ik, maar die hadden we niet. Sowieso hadden we nooit fruit, toch kregen we geen scheurbuik.
Terug naar de witgoedzaak, waar de winnaar rondparadeerde met zijn wasmachine op een steekkarretje. Ik wachtte voor het geval er nóg een winactie zou komen, maar op was op.