smac

In de familieapp nodigde mijn stiefmoeder ons uit voor Tweede Paasdag. ‘Een dinch bij mij, komen jullie ook?’ Autocorrect, dacht ik, ze bedoelt lunch. Mijn schoonzus schreef: ‘Is een lunch ook een mogelijkheid?’ Ik dacht dat ze een grapje maakte, om mijn stiefmoeder te attenderen op haar typefout. ‘Nee, ik wil een dinch, een dinch!’ app’te ik plagerig terug.

Lang verhaal kort: een dinch is dus echt iets, het is de maaltijd tussen lunch en diner. Ik vind alles prima en gezellig, al draait binnenin mij ook een praktische molen: ga je daarvóór dan nog wel lunchen? Ga je daarná dan nog wel dineren?

Typische eerstewereldproblemen: wereldwijd lijden 811 miljoen mensen honger. Toen ik jong was waren we arm, maar was er altijd wel te eten. Niet heel veel, regelmatig deelden we met z'n vieren een blikje Smac. Daar kwam dan wel heel veel snelklaarmacaroni bij, die je op smaak bracht met ketchup. Van het huismerk, nooit van Heinz.

Nu ben ik niet rijk, wel minder arm. Nooit koop ik meer Smac: ik loop zelfs langs het schap met mijn vlakke hand als een oogklep langs mijn slaap en wang.

Vorige
Vorige

baas

Volgende
Volgende

gaaf