zombiemuggenapocalyps
Vorige week verbleef ik in een klein huisje in een deel van het land waar iedereen de vlag had uitgehangen, zij het op zijn kop. Het regende pijpenstelen, maar dat vond ik niet erg. Ik word graag blootgesteld aan de elementen, vooral vanwege wat je voelt daarna. Warmgedoucht trok ik midden op de dag mijn pyjamaatje aan en hoorde de druppelmassa als een percussieband op het dak roffelen, terwijl ik prinsheerlijk met een kloek boek op de bank lag. Daarna slapen als een koning, terwijl de veredelde stacaravan door de opgestoken wind af en toe een beetje van de grond leek te komen.
Zalig, maar de dag erna sloeg het weer om en werd het ineens toch weer nazomer. Wéér die zon. Bijkomend probleem was dat ik die nacht een mug hoorde. Er volgde zelfs een attack: het beest duwde haar zuigsnuit zo mijn oor in.
Dus daar stond ik, met een blik als die van Martin Sheen aan het begin van Apocalypse Now. In de ene hand een vliegenmepper, in de andere de telefoon op zaklampstand. Het duurde even, toen zag ik de bitch en ik haalde uit en plette haar. Sorry voor het taalgebruik en de bloeddorst, maar zij begon.
Terug in bed: wéér een mug. Toen die plat was, wéér een. Daarna wéér een! Ik checkte het en alle ramen hadden horren, dus waar kwamen die !@^%$# beesten toch vandaan?
Rond vijf uur, na ruim een halve werkdag besteed te hebben aan de jacht op vliegende insecten, begon ik serieus te geloven in zich steeds opnieuw oprichtende zombiemuggen (waarschijnlijker was dat ze binnenkwamen via een luchtgat, dat ik pas de volgende dag ontdekte).